Wat begon als een digitaal archief, groeit uit tot een volwaardige assistent: het elektronisch patiëntendossier
(EPD) van 2035 denkt mee, helpt beslissen en verbindt zorgverleners en patiënten. De digitale transformatie van
de zorg is in volle gang. Voor de MDL-arts betekent dat niet méér werk, maar vooral: anders werken.
Slimmer, sneller en met meer ruimte voor zorginhoudelijke deskundigheid.

Marc Somberg Webinar

We spraken Marc Somberg, expert datagedreven zorg bij ChipSoft en betrokken bij de endoscopiemodule, en Bas Groot, HiX-expert en betrokken bij het Innovatieplatform. Vanuit hun perspectief als EPD-ontwikkelaars gaven zij een inkijkje in de digitale zorgpraktijk van morgen. Een gesprek over standaardisatie en autonomie, typen versus spreken en technologie als stille kracht achter de zorgverlener.

“Technologie moet geen vervanger zijn van de arts, maar een versterking”, benadrukt Marc Somberg. “Het is een instrument, net als medicatie of een scopietoren. Het ondersteunt bij klinisch handelen, als assistent of helpende hand, maar neemt de beslissing nooit over. We spreken dan ook liever van augmented intelligence dan van artificial intelligence. Het is een vorm van technologie die de zorgverlener kan toevoegen aan zijn of haar toolbox, net als medicatie of apparatuur. Het is niet de bedoeling dat AI gaat zeggen: ‘Dokter, u bent nu hier aangekomen met uw scoop, moet u niet nog twintig centimeter verder?’ AI moet assisteren en bijstaan in plaats van het werk overnemen.”

Die ondersteuning zie je bijvoorbeeld nu al terug in de consultvoering. Somberg licht toe: “We zijn al ver gevorderd met slimme invulschermen, waarbij vrije tekst én gestructureerde data naast elkaar bestaan. 

Het systeem herkent bijvoorbeeld op basis van het gesprek met de patiënt dat deze bloedverlies heeft en suggereert alvast de bijpassende diagnostiek en behandeling, zoals een coloscopie of medicatie. Dit wordt alvast klaargezet, precies volgens het standaard zorgpad dat binnen het betreffende ziekenhuis van toepassing is. De MDL-arts controleert dit, past de details aan waar nodig en geeft akkoord. Deze combinatie van intelligente suggesties en vrije input geeft artsen autonomie zonder dat ze het wiel opnieuw moeten uitvinden. Het EPD zit vol slimme functies die ervoor zorgen dat de arts zich meer kan focussen op het medisch inhoudelijke aspect en minder op het administratieve deel.”

Somberg vervolgt: “Wij vinden het belangrijk dat technologie niet op de stoel van de zorgverlener gaat zitten. De grootste toegevoegde waarde van technologie, AI in het bijzonder, is juist taken uit handen nemen waar dat makkelijk kan. Soms helpt het enorm en  scheelt het veel tijd als zaken automatisch worden geregistreerd. Maar uiteindelijk moet het altijd de zorgverlener zijn die dat controleert, valideert en besluit: ik neem deze informatie tot mij en maak de keuze er gebruik van te maken.”

Marc Somberg noemt een veelzeggende metafoor: “We bouwen geen auto die zelfstandig van A naar B rijdt. We bouwen een cockpit met stuur, camera’s, sensoren en navigatie, zodat de arts sneller en veiliger keuzes kan maken. De arts blijft aan het stuur.” Die metafoor raakt precies de kern. “Technologie moet ondersteunen, niet vervangen. De arts blijft  verantwoordelijk voor de koers, maar hoeft niet alles meer zelf te doen.”

Minder typen, meer praten 

Als MDL-artsen ergens graag technologie willen inzetten, is dat bij het verslag. Gaat het gebeuren dat er na afloop van een endoscopie een verslag klaarstaat, waarin tekst kan worden aangepast en dit slechts moet worden goedgekeurd? Volgens Bas Groot is dat al deels realiteit: “De verpleegkundige registratie is al grotendeels vooringevuld. Ook speech-to-tekst is beschikbaar en leveranciers van scopietorens leveren systemen die automatisch data in het EPD kunnen plaatsen. Met de gebruikersgroep MDL hebben we ons het afgelopen jaar gericht op het zo makkelijk mogelijk maken van de  endoscopieverslaglegging. Maar ook op het proces daaromheen. Denk bijvoorbeeld aan het zien van die patiënten die je moet zien. 90 procent van de patiënten kan prima een intake doen vanuit huis, via een portaal. En aan de voorbereiding: in het Zuyderland ziekenhuis krijgt de patiënt bijvoorbeeld voorafgaand aan een scopie een video te zien die precies past bij het ingeplande onderzoek. Het resultaat: een betere voorbereiding, minder uitleg aan de balie en een consult dat sneller de diepte in kan.”

Spraakherkenning is een belangrijk onderdeel van de toekomst. “En dat is geen toekomstmuziek, maar realiteit”, benadrukt Bas Groot. “We zien een enorme groei in transcriptiesoftware. En dat gaat verder dan het genereren van een tekstueel transcript van het gesprek tussen de arts en de patiënt. Ook de relevante medische vervolghandelingen worden uit het gesprek gehaald en orders direct klaargezet. Als de arts bijvoor beeld zegt: ‘Ik stel voor om volgende week een coloscopie te doen en moviprep voor te schrijven’, dan zet het systeem automatisch de order klaar én koppelt het de juiste voorlichting aan het patiëntportaal.”

De patiënt als actieve gebruiker

Een andere belangrijke verschuiving is de rol van de patiënt. Die verandert steeds meer van passieve ontvanger naar actieve deelnemer aan zijn zorgproces. Marc Somberg: “De patiënt van nu is niet meer zoals dertig jaar geleden. Mensen komen nu beter geïnformeerd binnen, met gerichte vragen en soms al met een zelfdiagnose. Dat vraagt om nieuwe manieren van communiceren én technologie die dat ondersteunt. 

Visualisaties, keuzekaarten, dashboards: het EPD helpt de arts om uit te leggen waarom een bepaalde behandeling beter is dan de behandeling waar de patiënt zelf mee kwam. En het portaal helpt de patiënt om informatie vooraf te verwerken, via filmpjes, checklists of instructies.

"Technologie moet geen vervanger zijn van de arts, maar een versterking."

 

Gemiste kans 

Nieuwe technologie biedt volop mogelijkheden om zorgprocessen slimmer in te richten, maar een knelpunt zit nog regelmatig in de backoffice. Marc Somberg: “Bij upgrades of migraties van EPD’s zien we dat ziekenhuizen de neiging hebben om hun oude werkproces één-op-één over te zetten. Dat is een gemiste kans. Nieuwe technologie vraagt juist om een fundamentele heroverweging van het zorgproces: welke afspraken zijn standaard? Welke ordersets kunnen automatisch worden gegenereerd? Het is een utopie om te denken dat je alles in de zorg kan standaardiseren en automatiseren, maar er is een groep mensen die standaard klachten hebben en een standaardbehandeling nodig hebben. Als je dat deel kunt automatiseren, houd je ruimte over voor de kleine groep unieke patiënten, die meer aandacht vraagt.”

"Artsen weten vaak niet wat er allemaal al kan. Daarom organiseren we regelmatig Tips & Tricks-sessies."

 

Autonomie

Een veelgehoorde zorg onder artsen is dat standaardisatie hun autonomie bedreigt. Dat hoeft volgens Groot niet zo te zijn, mits artsen zelf nauw betrokken blijven. “Elke keuze in het systeem is ooit gemaakt door of in overleg met de gebruikers. Het is dus ook aan jullie om aan te geven wat werkt en wat niet. Daarom hebben wij ook gebrui kersgroepen, waar  specialisten meedenken over inrichting, content en functionaliteit. We hebben het al verschillende keren meegemaakt: een arts die moppert over een irritant vinkje komt met een goed alternatief, tekent het uit en een paar maanden later zit het in het systeem. Of hij of zij hoort van een collega uit een ander ziekenhuis waarom dat vinkje voor hen wel van belang is. Dan proberen zij samen tot een consensus te komen. Deze actieve betrokkenheid is essentieel. Het EPD moet van de gebruiker zijn, niet van de leverancier. De toekomst bouwen we samen. En dat begint met het stellen van vragen, delen van ideeën en durven veranderen.”

Zelf richting geven

Opvallend genoeg zijn veel innovaties al beschikbaar, maar worden ze nog niet breed gebruikt. Hoe zorgen we er als MDL-artsen voor dat we niet achter de feiten aanlopen, maar zélf richting geven aan die toekomst? Bas Groot: “Artsen weten vaak niet wat er allemaal al kan. Daarom organiseren we regelmatig Tips & Tricks-sessies, specifiek voor MDL-artsen. Ook is er het Innovatieplatform: een plek waar zorgprofessionals ideeën kunnen aandragen, feedback geven en deelnemen aan ontwikkeltrajecten. We zoeken artsen die willen meedenken over consultvoering, AI-toepassingen, koppelingen met apparatuur,  patiëntcommunicatie, noem maar op. Iedereen die met HiX werkt, is welkom om bij te dragen aan de zorg van de toekomst.”

(bron: MAGMA)

Meer weten?

Wilt u meer weten n.a.v. dit artikel? Neem gerust contact met ons op.